Volgend jaar ga ik daar zeker naar toe met mijn Hümmel- tje dat ik liefkozend 'visserke- vis' noem. Het is een jongetje met blon de kuif, getekende wenkbrau wen, blozende wangetjes en een rood aangezet O-mondje, groene muts, blauw jasje met rode bies en strik, bruine slodderbroek en klompschoe nen. Hij heeft een stronkstok in de hand waar een toldob- ber aan hangt die afgebiesd is met blauwwitte strepen, een vismand op de rug en hij houdt een wat sullig kijkende vis met dubbele kin in zijn ar men die niet in de mand kon. Ik heb het door de maakster gesigneerde unicum voor mijn Eerste H. Communie gekregen von meiner Lieben Latein Mutter Soeur Pancracia Hümmel, de jongere zus van Maria Innocentia. Selbstverstandlich koester ik deze Godsgave, die elke vergelij king tart en heb M.I.'s lijfspreuk 'Ich will Freude schaffen', tot de mijne gemaakt.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ballustrada | 2016 | | pagina 97