op het mekkeren van een geit, dan weer op de desolate, zielloze
kreet van een meeuw. Alsof die twee hem, daar achter het kijk
gat, op een stiekeme, walgelijke manier in de maling nemen.
Alsof er tussen hen een samenzwering is, iets van buiten het ex
clusief voor dit boudoir geschapen arrangement.
Hij schrikt wakker. De houten Turk hééft helemaal geen achter
ste. Zijn middel en lendenen hebben immers de vorm van een
vierkant kastje waarin handige laadjes zijn aangebracht. Uit het
kastje steken zijn scharnierende houten beentjes, die een flink
eind boven de vloer van de roef in het niets bungelen. De be
nen van een onschuldig kind. Als ze maar niet van hout waren
geweest. Nu maken ze een verontrustende en godslasterlijke in
druk.
Steeds als de schuit aanlegt aan een kade of steiger staat de
Automaat hoffelijk op en begeleidt de vertrekkende passagiers
door het nauwe middenpad naar het deurtje bij de patriciër.
Het is een heel gedoe met geschuifel, de uitgestoken houten
vinger die ellebogen ondersteunt, stuurse knikjes van dank
en opgelaten gezichten. De vreemdeling en zijn Automaat zijn
eigenlijk zowel een attractie als een hele last; gelukkig vaart de
schuit nu de wijde droogmakerijen in. De steden liggen achter
haar en het aantal passagiers is sterk afgenomen, zodat er meer
ruimte is ontstaan op de banken aan weerszijden van het
middenpad, en de rookwalm uit de aarden pijpen minder dicht
is geworden.
De jongeman met zijn twee begeleidsters is nog vrijwel de enige
die beleefdheidshalve op de monologen van de vreemdeling
reageert met schaars gemompel, een knikje of hum. Zijn al
dunnende haar hangt los tot zijn kaaklijn en onderin zijn nek;
zijn frak is eenvoudig en donker, hij draagt een zwarte broek
tot op de schoenen en een hoornen bril. Waarschijnlijk is hij
een aanhanger van de moderne republikeinse deugden en bur
gerlijke representatie, een Amerika-dweper; of juist een fanatiek
volgeling van de nieuwe Sentimentaliteit die weerstand biedt aan
Rede en Scepsis. Vermoedelijk van alles een beetje, zoals zoveel
van deze jongelui met hun grote harten in een verlegen inborst.
Zijn het zusjes, zijn twee onopvallende jongedames? Is één van
hen zijn verloofde? Of zijn eigen zusje met haar vriendin? De