Thuisgekomen legde ze de mand en de grote schep en haar plastic emmertje en schepje op de veranda. Ze opende de deur en liep naar binnen, de keuken in. Daar zat hij aan tafel. Linsie schoof een stoel naar het aanrecht, klom erop, vulde de ketel met water en zette die op het vuur. Toen het water kook te, schonk ze een kop thee in en bracht die naar hem. Zwijgzaam zette hij de thee aan zijn lippen. Linsie kon het zand tussen zijn kiezen horen knarsen. "Ik heb een vis gezien, papa," zei ze. "Hij was groot en zilver en vloog over het water." "Echt zilver?" vroeg hij. "Ja, echt zilver," zei Linsie en legde haar hoofd op tafel.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ballustrada | 2016 | | pagina 28