mogelijk. De jongeling ging kopje onder in zijn eigen verzinsels en, zoals vaker bij pathologische leugenaars, hij ging er zelf in geloven. Een handjevol lieden van allerlei slag en afkomst sloten zich bij hem aan. Enkelen wisten het te brengen tot trouwe volgeling en waren in staat om het verhaal van hun leider zelf met verve en zeggingskracht na te vertellen. Hun motieven waren niet helder: was het echt geloof of waren het opportunisten die een graantje mee wilden pikken van het suc ces? Later wisten zij zichzelf als militante evangelisten in de meest gruwelijke situaties te brengen, met niet zelden een lang zame en pijnlijke dood als gevolg. Wat hen tot helden en mar telaars maakte. Hun grote voorbeeld was toen al lang vanwege het kraaien van oproer, berecht en geëxecuteerd. En daarmee een soort oppermartelaar geworden/' Dat laatste begrepen we niet of wilden we niet begrijpen: bij ons was er eigenlijk nooit plaats geweest voor martelaars. Over winnaars kregen goddelijke status, verliezers werden geme tamorfoseerd naar onaanzienlijke levensvormen. We hadden beter moeten weten. Reliquum est Historiarum, de rest is ge schiedenis! 1 De stichting van de Stad, Ab urbe condita, is de Latijnse aanduiding voor het begin van de Romeinse jaartelling die samenviel met de stichting van de stad Rome. Het jaar 0 van de moderne westerse jaartelling valt samen met het jaar 753 van de Romeinse telling.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ballustrada | 2016 | | pagina 106