3 lijden van mijn zoon). Ik kom pas nu weer wat langzaam op mijn pootjes terecht, maar natuurlijk is al die vertraging niet alleen tot het tijdschrift beperkt gebleven en moet ik heel wat bijwerken. D4 is dus nog niet voor morgen, maar komt, geen angst. Ach ja, moest je soms een schnabbel kunnen gebrui ken: ik ben sinds kort gestart als literair agent; moest je soms zin hebben (nee, natuurlijk heb je geen zin, ik bedoel: als je soms het geld zou kunnen gebruiken) in het schrijven van korte westernromans met porno-inslag (bedwing je braaknei gingen), dan kan ik die voor je plaatsen. Het gaat om boekjes van 70 a 75 vellen typoscript (40 regels, 70 toetsaanslagen per regel), en het honorarium is 7.200 BFr. Erbarmelijk weinig, maar wel met het voordeel dat het zwart gaat (je kunt 9.100 krijgen, maar dan moet ik het bij de fiscus melden en verlies je uiteindelijk nog meer). Geef een seintje als je belangstelling hebt (in het geld, natuurlijk niet in die vieze troep)." Daarna stokte de correspondentie. Mijn werkloze periode was voorbij en ik werkte meer dan veertig uur voor een software huis. Door de spaarzame en versnipperde vrije tijd paste mij de poëzie beter dan het proza en in plaats van me met fantastische verhalen bezig te houden, begon ik Juliens lijstje af te werken; in Koreander debuteerde ik als dichter, publicaties in Gistlambe en Initiatief volgden; Appel werd voor mij een belangrijk literair tijdschrift, dat mij uiteindelijk de poëzieprijs van Sint Truiden bracht. In die tijd schafte ik nog wel zijn gedichtenbundel Barococo Surreëel aan (Stichting Fantastische Vertellingen, 1984), waarin volgens het Woord achteraf Julien gedichten bun delde die Vanaf 1964 (werden) gepubliceerd in tijdschriften en voor een deel ook in amateuristisch uitgegeven bundeltjes meestal onder het pseudoniem Paul Pandira het leek me een goed idee de gedichten, aangevuld met enkele andere, weer eens aan het (ongetwijfeld dankbare) publiek te gunnen/ Barokke poëzie vol van eenzaamheid met echo's van Paul van Ostaijen en Lucebert, met titels als 'Eenzaam', 'Regen', 'O lone some me', 'Bittere woorden van glas'. Het openingsgedicht 'Zwanezang bij treurlicht' zet de toon: Door leeggekalkte straten loop ik;

Tijdschriftenbank Zeeland

Ballustrada | 2016 | | pagina 48