literaire kwaliteiten ging, sterker nog: literaire ambities werden
vaak als negatief ervaren. SF moest een literatuur van ideeën
zijn en die ideeën moesten niet verwateren door een teveel
aan karaktertekening, psychologische diepgang of te complex
proza. Gelukkig was de vooral Britse 'New Wave' ook in de
Nederlandstalige sciencefiction doorgedrongen; een literaire
beweging die van mening was dat SF niet alleen maar ideeën-
lectuur hoefde te zijn, zoals het genre van ongeveer 1938 tot
1950, de 'Golden Age of Science Fiction', tot bloei was ge
komen, maar dat het ook een literair genre kon zijn. Auteurs
als Ballard, Moorcock, Vonnegut en Spinrad gaven de SF van
Asimov, Clarke en Van Vogt een nieuwe dimensie. Dit leidde,
ook in Nederland en Vlaanderen, tot een actieve, zeer diverse
gemeenschap. De grenzen van de SF waren opgerekt tot 'fan
tastische literatuur' en er was plaats voor fantasy, horror,
magisch realisme, absurdisme.
In dat wereldje kwam ik als biologiestudent in 1978 terecht.
Mijn hele leven las ik al SF en op de middelbare school had
ik mij gewaagd aan het schrijven van verhaaltjes waarin die
invloed zichtbaar was. Maar naast sciencefiction las ik ook lite
ratuur: Mulisch, Hermans, Lampo, Hamelink Geïnspireerd
door Lucebert, Piet Paaltjens en Paul van Ostaijen, was ik zelfs
gedichten gaan schrijven. In de SF-niche kwamen alle aspecten
van mijn literaire belangstelling op een laagdrempelige wijze
binnen handbereik, want naast de in mijn ogen slecht geschre
ven ideeënlectuur zonder ideeën waren er ook lezers en schrij
vers bezig met SF als vaardig geschreven literatuur; een lite
ratuur die onderhield, verraste, de wereld in het eigen hoofd
groter maakte. Er waren zelfs schrijvers die ook gedichten
schreven. Het werk van Peter Cuijpers, Patrick Bernauw, Jan
J.B. Kuipers, Bob Van Laerhoven, Tais Teng en Julien Raasveld
combineerde de verschillende literaire interesses die ik had en
ze gaven mijn eigen literaire uitingen een richting.
Julien Charles Raasveld, in Antwerpen geboren op 21 oktober
1944, was in deze niche een van de grote meneren. Hij publi
ceerde verhalen in alle genoemde tijdschriften en gaf, omdat
er te weinig tijdschriften waren om zijn productie in onder
te brengen, ook zelf tijdschriften uit als Galax (1969/1970),