hoor ik de gaten vallen in het praten
van de oude man bedenk ik meteen
hoeveel valkuilen zich in mijn spreken
voordoen welke vraagtekens ik plaats
voor wie me vandaag nog aanhoren wil
de meeste missers mis ik gemakkelijk
ik denk samenhangend te denken maar
dat kan zwaar tegenvallen ik tuimel helaas
in een zelf gegraven kuil terwijl ik hier geloof
naar goud te delven zak ik in woordbrij weg