koekt koekoekt
bokkenpijn
hij blaat mekkert
kwartelpijn
hij slaat, roept ratelt
katten pijn
hij miauwt, blaast spint
olifantenpijn
hij trompettert trompet
Slurven raak verstrengeld!
jullie scherp gepunte lippen en vooral die onderlip zal als sokkel
dienen om door mijn stem te boren en terwijl mijn woorden boven
die vaandels galmen van de diepliggende scharnierpen zweven naar
jullie slapen
Olifanten, hebben jullie mij gehoord?
eksterpijn
hij klapt, krijst fleemt
hyenapijn
hij jankt Sc grinnikt
merelpijn
hij fluit
zwanenpijn
hij trompettert fluit
paddenpijn
hij ratelt
duivenpijn
hij koert
koekoekspijn