M
E:
_c
oo oo
3
Qi
(O
De taster van zijn honingvogel k
zoekt blind zijn weg naar ondergang QJ
verdrinkt zich in de kleine dood
die ik en jij omsmelt tot wij E
zij landen, drijven uit terwijl <0
de vlammen doven, het vuur JE
nasmeult in mond en handen
ben je er nog zegt zij, ik hoor
het bonzen van je bloed
blijf bij me, houd me vast
ze strelen, halen aan, delen
de warmte van elkaar
om als drenkelingen aangespoeld
bevrijd uit het stormveld op te staan