O O 3 3 O) GJ 00 Os jr UJ Zeg, mevrouw die langsloopt met een bundel maïskolven op je hoo stop alstublieft even q* en kijk naar me om. 3 ^1 Als u me slechts één korrel graan geeft kan ik mijn gesloten ogen openen en met moeite een enkel woord zeggen. Als u me twee korrels graan geeft zal ik mijn zintuigen terugkrijgen en kan ik misschien na mijn instorten hier weer opstaan. Geeft u me drie korrels, dan hervind ik mijn kracht en kan ik misschien weer lopen. Meer dan dat, lieve mevrouw, als u me een hele maïskolf geeft zal het een groot wonder in me teweegbrengen. Als ik die maïskolf op m'n borst geklemd houd, dan zou ik het aankunnen de Turnen Rivier over te steken en moeder te vinden die naar China is gegaan op zoek naar rijst. Ga alstublieft niet zomaar weg, mevrouw. Jg Als u uw weg vervolgt zonder me iets te geven, zal ik me zeker f met mijn vader herenigen, die al in de hemel is, en mamma niet meer kunnen zien...

Tijdschriftenbank Zeeland

Ballustrada | 2015 | | pagina 40