cn c c ro u-> O G£ O O O Q> O Q) O O O O De trein die op een insectennest lijkt, stopt bij het laatste station voor de landsgrens. De mensen met gebogen heupen, verdrukt door handelswaar, storten zich met vlammende ogen over het perron uit. Ze dragen hun last op hun rug om te leven en kunnen niet simpelweg op hun beurt wachten om te verhongen Mensen die het hebben opgegeven om hun rug te strekken. In dit land is het makkelijker om de gekromden te imiteren. De eigen schreeuw om, gericht op de wereld, de borst te rechten kan niet het strenge bevel van de realiteit trotseren dat de mens zal doden. Die dikke man daar, dronken van de juichkreten, weegt zwaarder dan de last om te overleven, besmeurd met tranen. Voor wie? Hoe lang nog? Om welke misdaad? Ah, het laatste station van de republiek waar gekromden, lijkend op vraagtekens, zich uitstorten.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ballustrada | 2015 | | pagina 36