MARCO POLO
OP DE MEZZANINE
Pas na de Taklamakan-woestijn heeft hij deze plek bereikt. Hal-
lucineert hij nog?
Hij kan niet meer reconstrueren hoe hij hier is beland. Hij is,
dat ziet hij nu duidelijk, een man die halverwege een spiraal-
trap voorover gebogen op een kleine mezzanine staat.
De houten treden achter hem zijn breed en in het midden uit-
gesleten. Belopen. In de Taklamakan waren er geesten die hem
gj toeriepen. Ze passeerden hem. Ze passeerden hem ook hier zo-
(Q even op de trap. Hij kon het niet volhouden. Het zand bewoog
onder hun voeten. De slijtage houdt aan.
Hij kijkt naar beneden en ziet een enorme toekomst achter
zich. Als jonge student vertrok hij vanuit Venetië. Hij was
een en al opwinding bij het begin van iets wat een roltrap zou
kunnen zijn. De toekomst sloeg telkens zijn voeten onder hem
uit als hij tegen de afrollende trappen opstormde. Zo hoort het.
Als je begint. Het verschiet hing boven hem zoals de zon en de
maan. De toekomst voerde hem naar die eerste trede van een
houten spiraaltrap.
Van daar is hij met zijn studenten naar Constantinopel ver
trokken. Samen snoven ze aan de specerijen van de toekomst.
Ze droegen gebeden op aan de minaretten, onderzochten het
gesteente en scheidden. Hij moest verder.
Met geroffel kondigen de geesten op de uitgesleten houten trap
de plaatsen aan waarlangs hij eerder was getrokken. De provin
cie Badakshan was één jaar lang een afgelegen rustoord, waar
hij op verhaal kon komen; weer verhaal kon worden.
Het Pamirgebergte wordt genoemd omwille van de hoogte
punten op zijn reis. De geesten noemen zijn uitschieters bij
hun naam: doorbraak, slag, overwinning.
(O