DICHTREGEL
cn
Q)
QJ
Er ging net een bezemwagentje van de Roteb voorbij waarop
stond dat de zon kwam aangeslopen. Meer kon ik niet lezen
want het was al weer weg. Sinds 1988 rijden er vuilniswagens
met dichtregels door de straten van Rotterdam. De laatste tijd
Q steeds minder, want er komen meer ondergrondse containers.
C Die worden geleegd door snelle wagens met een hijsarm
waarop geen andere tekst staat dan dat Rotterdam schoon en
heel moet. En dat we daar samen voor moeten zorgen.
Q De dichtregels worden of werden aangeleverd door de Stichting
Poetry International die een gesponsorde band heeft met de
Roteb. Veel rijdende regels zijn als verstekeling in een vreemde
omgeving terechtgekomen. Andere laten niets te raden over: Ik
heb mijn hark in Heidelberg verloren (Cees Buddingh') bijvoor
beeld. Als de volle vuilniszakken aan de rand van het trottoir
liggen te wachten, als de mantelmeeuwen de zakken hebben
opengescheurd en de troep over de stoep hebben verspreid, als
dan de vuilniswagen verschijnt waarop staat: een trillend donzen
wenkbrauwknik, een aanzien en in zwijgen spreken (J.H. Leopold) -
ja, dan komt de roos op de vuilnisbelt tot bloei.
Als de wagen voorbij is blijft de losse troep liggen want de man
nen nemen alleen de grijpbare zakken mee. Dan is de mooiste
dichtregel het telefoonnummer dat je kan bellen als je een
klacht hebt.
Ach nee, niets te klagen, ik klaag nooit, ik constateer wel eens
wat. Ik ben dichter, officieel debuut in januari 1973, in dat jaar
ook deelnemer aan Poetry International, sindsdien nog acht
dichtbundels gepubliceerd, bloemlezing van de Rotterdamse
poëzie samengesteld, vertalingen gemaakt, lezingen gegeven,
enzovoort. Men noemt mij een Rotterdams dichter, wat ik een
eer vind, want daar zijn er niet zo veel van.