binnenkort moeder en komt nu haar dagelijkse portie liefde halen." Lena trakteerde op kantoor kaas bij het bier. "Het is feest," zei ze. "Ik mag me laten steriliseren." Er werd gelachen. "Sinds wanneer heeft Joost daar iets over te zeggen," vroeg Pol. "Joost heeft daar net zo weinig over te vertellen als jij. Jezus heeft het verboden, en god en de heilige maagd en de paus en al die stompzinnige artsen en psychologen waar ik de af gelopen jaren langs ben geweest, die me stapels formulieren hebben in laten vullen. Een hysterische aanval heeft uitein delijk geholpen. Volgende week is het zover. Dan mag ik me onherstelbaar laten verminken." "Op je gezondheid," zei ik en maakte een nieuwe halve liter open. "Ik hoop dat je er geen spijt van krijgt. Ik zal voor je bid den." Lena boerde kaaswalm in mijn gezicht. "Ik word verlost van mijn grootste angst. Mijn kinderen met zo'n familie." Ze riep naar Pol die zijn bureau stond op te ruimen: "Jij zal wel moeten van je vrouw en van de kerk. Is de pastoor al langs geweest?" "We gaan uit elkaar," zei Pol. "Het is niet meer vol te houden." Lena lachte. "Pol vlucht voor een oversekste vrouw." Hij schudde zin hoofd. "Alleen stomdronken is ze dat. Verder mag ik naar de hoeren." Hij liep naar de gang om zijn jas te gaan halen.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ballustrada | 2013 | | pagina 38