Zo kom ik bij je liggen mijn oor tegen de aarde Daar komt de maan te voorschijn en kleurt je haar zilver twee vingers breed resteren ons twee, vijf, veertig jaar en de maan en de aarde? Boven ons de maan onder ons steen tot zand vermalen bergen en bot vormen in het graf van volkeren? Dat ik je liefheb zal te lezen zijn in bladeren gestanst in de zee geplant in de wind geschreven als allen liefhebben

Tijdschriftenbank Zeeland

Ballustrada | 2012 | | pagina 93