Hoewel Inge en Heiner Müller zich inzetten voor de ideale samenleving, ondervinden ze steeds meer problemen. Boven dien krijgt Inge Müller te maken met de naweeën van haar oor logservaringen. Ook de politieke ontwikkelingen laten haar niet onberoerd. Ze beseft dat de ene dictatuur is afgelost door de andere. In jaren van zware depressies en diepe eenzaamheid begint ze voor zichzelf teksten te schrijven. Geteisterd door depressies en allerlei psychosomatische klachten wordt ze ge regeld in het ziekenhuis opgenomen. Die periodes wisselen af met razende werkdrift. Haar ziekte past natuurlijk niet in de DDR-cultuurpolitiek en ze raakt gemarginaliseerd. Vele keren probeert ze zelfmoord te plegen. Op 1 juni 1966 lukt het haar. De gedichten van Inge Müller laten weinig ruimte voor twijfel aan haar kijk op de mens en het communisme. De Roemeense Nobelprijswinnares, Herta Müller, heeft in een essay geschre ven dat Inge Müller twee dictaturen over zich heen kreeg en deze niet kon losmaken van haar persoonlijke moraal. Inge Müller leefde, zo schreef ze, met twee zware zakken op haar rug. De tweede was vol onmacht, de eerste zat boordevol schuldgevoel. Die persoonlijke schuld aan de geschiedenis, dat leven onder twee dictaturen terwijl je aanvankelijk de nieuwe samenleving omarmd hebt, geeft aan de gedichten van Inge Müller een fascinerend aspect. Daarbij komt dat deze gedichten onverbloemd autobiografisch zijn. Dit zijn gedichten die niets verbloemen, van een schrijf ster die met de rug tegen de muur stond, het failliet van haar bestaan, van het leven zelf noteerde. In de soberst denkbare bewoordingen. Daarmee valt de poëzie van Inge Müller buiten elke heersende kunststroming. Dat was in de DDR niet anders. Inge Müllers werk lijkt wat naïef, maar dat is schijn en in feite is dat de vorm die de navrante inhoud scherper maakt. Het zijn dichtregels in kleine stappen, doorgaans afgekapt met een rijmwoord. Dat maakt de vertaling niet eenvoudiger want de speelruimte is gering en rijmend vertalen creëert te veel afstand, tot het origi neel en de lezer. Voor het commentaar op de vertalingen dank ik Jan Kleinepier, Peter van den Ouden, en de dichter Laurens Geerse.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ballustrada | 2012 | | pagina 89