Ik herinner mij niet hoe hij binnenkwam - vermoedelijk stond ergens een achterdeur open - maar opeens was hij er. Om nooit meer weg te gaan. Goede literatuur verschijnt vaak in de ge daante van een gedachtenexperiment. Dat geldt zeker voor het werk van Herbert. Hij behandelt grote thema's maar brengt die thema's zonder uitzondering lichtvoetig. Zoals hij in Meneer Cogito denkt na over het lijden het fenomeen 'lijden' ontleedt en transformeert tot iets draaglijks. Eerst plaatst hij een kant tekening bij het heilloze streven om het lijden een zin te geven: via ratio dan wel religie of via goedbedoelde acties, zoals 'ten bate van zwerfkatten' - overigens geheel andere katten, want letterlijk bedoeld, dan Herzberg eerder introduceerde. Verzet is zinloos, men dient zich in het lot te schikken en vervolgens het lijden om te smeden tot een kind, waarbij de speelsheid zorgt voor lichtheid en troost, wat het lijden enigszins draagbaar maakt: Alle pogingen tot verwijdering van de zogenaamde kelk des lijdens - door het denken onbezonnen acties ten bate van zwerfkatten diep ademhalen religie - hebben gefaald men dient zich te schikken zacht het hoofd te buigen zonder handenwringen het lijden te gebruiken met gepaste zachtmoedigheid als een prothese zonder valse schaamte maar ook zonder onnodige hoogmoed niet met zijn stompje boven andermans hoofd gaan zwaaien niet met de blindenstok op de ramen der verzadigden te tikken het bitter kruidenaftreksel te drinken maar niet helemaal

Tijdschriftenbank Zeeland

Ballustrada | 2011 | | pagina 63