trole. Deze status quo beviel beide partijen in het conflict prima. De ene zijde was verlost van lastige sujetten en onge wenste discussies, de andere verzekerd van een inkomen en volop tijd voor gezin, hobby's, roddels en kuiperijen. Want uiteraard werd er door de thuiszitters onderling heel wat af getelefoneerd. De vijftien medewerksters die nog wel op de werkplek versche nen, beheersten de theoretische aspecten van de communicatie beslist tot in de puntjes, maar vetes, ego's en gekonkel belem merden hun functioneren in aanzienlijke mate. Dat het in de communicatie 'naar de burger toe' vaker mis ging dan goed, was zodoende niet vreemd. Zolang dit echter niet doordrong tot bestuur en politiek was er niets aan het handje. De stroom brochures, folders en nieuwsbrieven waarin het beleid werd bejubeld, werd al jarenlang grotendeels geproduceerd door goedbetaalde freelancers en dure communicatiebureaus. Dat had als pluspunt dat de medewerkers van het Departement hun gif vrijelijk konden spuien middels voortdurende op en aanmerkingen op geleverd werk, door niet te reageren op vragen en, niet te vergeten, het stelselmatig overschrijden van betalingstermijnen. Zo kon je lieden die zich buiten de on zichtbare hiërarchie bevonden toch flink laten zweten. "De heer Klötenwasser is in bespreking," hoorde hij zijn secre taresse nog net zeggen. Na een gevecht met zijn chronische hardlijvigheid op een van de Departementale toiletten was hij nooit al te goed gezind. Zijn achterste schrijnde nog na. Bovendien had iemand die blijkbaar wist van zijn rectale bekommernissen, het toiletpapier en de zeep weggenomen. Hij besloot er een aantekening van te maken in het Groot Zwart boek. Gert P. Kuipers APOLOGIE Er is al zoveel over mij geschreven, wat zou u mij nog te vragen kunnen hebben? Klopt, ik was de Führer van het rijk, dat duizend jaar zou standhouden. Maar welk rijk heeft duizend jaar geduurd. Ja, dat van de Heilige Stoel, dat wat mij betreft even misdadig was en is als het mijne en van een andere orde. Had het daar tijdens de lunch nog over met een paar pausen.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ballustrada | 2011 | | pagina 39