"Ik moet jullie wat zeggen," zei de juf. "Over een paar weken ga ik trouwen en dan komt er voortaan een andere juf." Het leek alsof de meisjes het geweldig vonden, zo begonnen ze te kwet teren. Ik werd kwaad en verdrietig. Ik voelde me in de steek gelaten, verraden. Het was natuurlijk allemaal de schuld van Barry. Sinds hij gekomen was, was er iets onherstelbaar ver anderd. "We gaan kleien," riep de juf vrolijk. Na het kleien, waar ik weinig van terecht bracht, moesten we onze handen wassen aan de grote wasbak achterin het lokaal. Daaronder zag ik een emmer water staan. In een opwelling schoof ik die in het gangpad, op het ogenblik dat Barry naast mij stond. Een duw tje was voldoende om hem met zijn kont in de emmer te laten belanden. Hij gaf een gil. Ik zag de juf toesnellen en voelde een geweldige voldoening opkomen. Wat dacht die pisbroek wel! Robbert Jan Swiers DE ANNALEN VAN HET ONVERGANKELIJKE "De Wet van het behoud van energie. Die ken je toch wel? Alles blijft behouden, niets gaat verloren. Als we er dus vanuit gaan dat alles wat we fysiek kunnen waarnemen en vasthouden verdichte energie is - en waarom zouden we daar, gelet op de laatste wetenschappelijke ontdekkingen, niet vanuit gaan - dan verdwijnen wij dus niet, maar gaan op in een groter, voor onze ogen onzichtbaar, geheel. Wat is dan dat geheel? En wat gaat er dan in op? Het geheel is het oude Akasha van de Hindoestanen, de ether van de moderne wetenschappers. Ons lichaam valt uiteen en keert terug tot stof, erg Bijbels overigens. Wat gebeurt er dan met onze gedachten? Als alles energie is, zijn onze gedachten dat dus ook en die verdwijnen dan niet; die komen evengoed in dat Akashaveld terecht. Zijn onze gedachten ook ons Zelf? Zijn wij wat we denken te zijn? Zijn wij onze gedachten? Nee, daar is inmiddels voldoende litera tuur over verschenen om eruit te deduceren dat we niet zozeer onze gedachten zijn, maar dat wij zijn wie we tussen die gedachten zijn. Ons ware Zelf. Is dat dan ook energie? Zeker, en dat blijft dus ook behouden. In dat Akashaveld zit alles wat ooit is geweest én de potentie van wat nog moet komen. Wij zitten daar dus voor een groot deel al in. Deze Akashakronieken van

Tijdschriftenbank Zeeland

Ballustrada | 2011 | | pagina 32