De genres weten kennelijk niet dat ze zijn overleden, of weige
ren dit te aanvaarden. Het zijn spoken geworden.
De vermenging van fictionele genres die we tegenwoordig mee
maken is eerder een zaak die uitging van de cinematografie dan
van de literatuur - en zeker in het weinig geluchte salonnetje
van de Nederlandse letteren. De enige vermenging der genres
waarover men zich daar druk maakt is die van het essay en de
roman, zoals bij de Libris Literatuur Prijs 2009, gewonnen door
Godverdomse dagen op een godverdomse bol van Dimitri Verhulst,
'bij uitstek een boek dat een genreomschrijving vakkundig om
zeilt en zich op allerlei raakvlakken beweegt'. De vermenging of
kruisbestuiving in Een masker met een tong, het romandebuut
van Marcel Orie (1976), blijft binnen de codes van het verhaal,
het gaat hier om fictionele genres en niet om 'disciplines'. In
dit opzicht zaait Orie alleen verwarring door de aanduiding
van zijn boek. Zijn dikke 'roman in verhalen' is geen roman
volgens de traditionele opvatting van dit genre. Of maar een
beetje. De hokjesgeest van recensenten en deskundigen heeft
overigens de door Orie en (merendeels buitenlandse) consorten
bedreven alchemie, namelijk het maken van iets anders uit de
bekende elementen en grondstoffen van sciencefiction, fanta
sy, grand guignol, thrillers en andere pulpfictie, snel benoemd
tot nieuwe genres; men heeft het dan over neo-noir, slipstream
(zie het prozathema in Ballustrada 2007 nr. 3/4), new weird en
dergelijke.
De 'neo-Victoriaanse' roman is een ander hoofdstuk. Na 1990 is
in de Engels- én anderstalige literatuur een behoorlijk aantal
romans verschenen (zoals van Michel Faber en Sarah Waters)
die zich afspelen in de tijd van koningin Victoria, het grootste
deel van de negentiende eeuw dus. In dit subgenre van de
historische roman wordt duchtig geëxperimenteerd met de
scheidslijnen tussen fictie en biografie; bekende historische
figuren bewegen zich tussen puur fictionele karakters en in
dito omstandigheden. Net als in de 'gewone' historische roman
dus, maar literatuurwetenschappers en de kritiek zagen kenne
lijk reden genoeg om weer een afzonderlijk subgenre te schep
pen, een subgenre waarbij vooral het biografische element een
rol speelt.