1948, een speciaal nummer van Critisch Bulletin over de ver
houding tussen film en literatuur.
Behalve de sciencefiction had de thriller of detective zijn
belangstelling. Zijn eerste roman Aanslag over de onpraktische
anarchist kan in dat genre worden geplaatst, maar ook de
roman Avontuur in eenzaamheid (1946) en veel van zijn novel
len.
Blijstra's boeken lezende werd het thrilleraspect bij mij
versterkt door het steeds terugkerende thema van de driehoeks
verhouding. Blijstra stond bekend als een gesloten man die
weinig over zijn persoonlijke leven los liet. Toch blijkt zijn
werk vol met autobiografische aspecten te zitten. Vaak vormen
zijn persoonlijke omstandigheden het kader van het verhaal:
de reizende journalist, Griekenland of Spanje, de socialist met
neiging tot anarchisme et cetera. Zo is bijvoorbeeld Raoul
Bettiner, de hoofdpersoon in Avontuur in eenzaamheid, een dui
delijke verwijzing naar hemzelf, net als R. van Harlingen, zijn
pseudoniem uit de oorlog. De driehoeksverhouding is met
name in zijn vroege werk Diagnose1942; Mislukte isolatie,
1946; de titelnovelle uit Hoogtevrees, 1947 en Trio, 1969) een
dusdanig nadrukkelijk thema, dat een autobiografische grond
slag waarschijnlijk leek. De schaarse informatie wekte het ver
moeden dat Blijstra met zijn vriendenkring uit de jaren twintig,
met Willink en Du Perron, was gebrouilleerd en zijn vertrek
naar Spanje en Griekenland kreeg de ondertoon van een
vlucht. Ik kon er in de jaren zeventig en tachtig echter niets
over vinden. Pas eind jaren negentig vond ik op het internet
de bron van dit thema, in Zeeuws meisje, een lang artikel over
Mathilde Willink in De Groene Amsterdammer (1997): "In 1926
was hij [Willink, PvL] met onderwijzeres Mies van der Meulen
getrouwd, om twee jaar later weer te scheiden omdat Mies ver
liefd werd op schrijver Reinder Blijstra." Later ging de biografie
van Kees Snoek over Du Perron, E. du Perron, het leven van een
smalle mens (Nijgh Van Ditmar, 2005) er op pag. 535-536
dieper op in: "Overigens was Willink zelf voor Du Perron het
voorbeeld van iemand die dupe was geworden van de vrijheid
van zeden waar De Kring om bekend stond. Willink was
immers zijn vrouw Mies van der Meulen (1900-1988), met
wie hij op 27 april 1927 was getrouwd, kwijtgeraakt aan de bij
hem inwonende Rein Blijstra. Ruim een jaar na de huwelijks-