VOORWOORD
•I
Qi Op een literaire website lazen we onlangs: 'Ballustrada, een dwar-
se periodiek, (zegt de redactie zelf).' Kleine sneer. Maar goed, het is
U waar: we zeggen het als redactieleden zelf. Of die vlag de lite-
raire lading dekt, moet de lezer maar uitmaken. In ieder geval
^3 biedt deze uitgave stof genoeg voor overdenking en discussie.
Laten we beginnen met de aflevering van Laaglandse Poëzie:
'Poëzie die niet alle banden met de werkelijkheid uit het oog verliest.
Binnen de lijnen van het Nederlandse poëziespeelveld zijn de
spelregels gedurende het laatste decennium herzien ten gunste
van de Onbegrijpelijken. Gastredacteur Job Degenaar vraagt
daarom speciaal aandacht voor dichters die de werkelijkheid
niet uit het oog verliezen. Dat zijn o.a. Adriaan Jaeggi, Catharina
Blaauwendraad, Patty Scholten en Jos Versteegen. Marcel Orie
belicht overigens de andere kant van literaire spectrum in een
fantastisch verhaal over houten schimmen rond de oplichter
Cagliostro. En Ben Schot geeft een surreëel verslag van een
Michaux-bijeenkomst in het Amsterdamse Perdu. Kees Klok
roept herinneringen op aan Cees Buddingh' in de rubriek De
Gesel De Veer en zegt dat De Grote Inzinking niets met een
aanval van W.F. Hermans te maken had. In de rubriek Taal Ver
Taal deze keer poëzie van de Fransman Lucien Suel, vertaald
door William Brown en Johan Everaers en verlucht met drie
houtsneden van William Brown. En dan hebben we ook twee
jonge Zeeuwse dichteressen van wie voor het eerst werk in
Ballustrada verschijnt: Sanne Wubbels en Anna de Bruyckere.
De eerste is een echte debutante. Anna de Bruyckere heeft al
eerder gepubliceerd. U treft vanzelfsprekend ook onze overige
vaste rubrieken aan en werk van dichters buiten de aflevering
ii van Laaglandse Poëzie.
Niet alles is dwars in dit nummer. Gelukkig niet, maar de inge
zonden mededeling van Bertus A. is met dwars zwak getypeerd.