er valt een haar van tussen
twee bladzijden van een boek
en hoelang zat het er al?
de menigte zwijgt, de micro ebt
hol de klanken weg, te traag
blijkt uit de dwaze ogen, blijkt
uit geen lichaamstaal.
de dichter grijpt in (plots):
'er is begin en eind wat telt, daartussen
is enkel nostalgisch gemijmer,
daaraan kan getwijfeld worden.'
alweer geen applaus.