of negentien en doet Kunstacademie in Eeklo. Een wild typetje. Zou nu een passionele verhouding hebben met een docent, getrouwd en wel docent beeldhouwen. David vraagt niet meer naar Aimé's dochter. Aimé wil er ook niet veel over zeggen. Sinds het overlijden van zijn vrouw gaat hem niets meer op rolletjes en is zijn werk het enige wat nog telt. Zijn werk en zijn collega's zijn hem alles. En het welzijn natuurlijk van zijn enige dochter. David kan dat respecteren, al begrijpt hij niet dat Aimé er niet meer met hem over praat. Laatst nog baste hij tegen David dat die er geen reet van snapt. Dat liefde voor je dochter iets speciaals is. Met niets te vergelijken. Daar ga je voor door het vuur. Niemand kan dat in de weg staan. En zeker zo'n arrogant beeldhouwertje niet dat regelmatig wat te zeggen heeft in de krant. Dat begrijp je alleen wanneer je zelf vader bent. En dat is David eigenlijk nooit geweest en dat zal hij ook nooit worden. Zijn gedachten dwalen af naar Susan. Zijn Susan die niet van hem is. Maar David wil wel van Susan zijn. Zij mag hem hebben. Hem bekruipt spijt dat hij juist van avond is gaan werken. Aimé is opgefokter dan ooit en Susan heeft via internet Viagra besteld. Die meid kent geen taboes. Heerlijk vrij van geest. Ongecompliceerd en toch eigenzinnig. We hebben gewoon dezelfde inborst. Als er nu iets klikt dan zijn wij het wel. Haar huidgeur priemt in Davids neus. Lichaamstaal en oogopslag dansen op zijn netvlies. Frêle vingers kronkelen langs knoopjes. Gelakte nagels fonkelen rood tussen zijn borsthaar. De Ford scheurt over polderwegen. Richting Belgische grens. Het is tijd voor een pint met collega's. Tegen twaalven moeten ze weer op de weg zijn. Dan verlaten de sukkelaars de kroegen. Het makkelijkst is om gewoon op een klein dorp in de buurt van een café te stoppen. Lichten uit. Je ziet ze in hun autootjes stappen. Keurig in de gordels, lampjes aan maar wel te veel gezopen natuurlijk. Sommigen hoeven niet verder dan twee honderd meter. Dan zijn ze thuis. En op zo'n donker dorp rijdt heus geen politieauto. Behalve Aimé en David dus. Voor Staminee De (H)eerlyckheit staan drie blauwe auto's geparkeerd van Belgische collega's. Aimé zet zijn auto achter op het hof. Uit het licht. Onopvallend, maar wel stand-by. Dan

Tijdschriftenbank Zeeland

Ballustrada | 2006 | | pagina 16