Koffie? Nee! Dat sporenonderzoek natuurlijk. Laat me Corry effe bellen. Klootzak, wat maakt dat nu uit? Steek die koffie in je reet. Oké, bel maar even. Ik laat je mobiel brengen. Ogenblikje Koos. Zal ik koffie meebrengen. Nee, donder toch op met je koffie. Ik moet bellen. Melk en suiker? (De rechercheur laat Koos alleen achter. Vanachter de one way-mirror wordt Koos gadegeslagen door een rechercheur. En Corry, zijn vrouw. Ook zij knijpt met haar ogen. Ze fatsoeneert haar kapsel. Een ladder in haar panty. Blond haar. En dik. Maar kijkt vastberaden. Zij ziet haar man al een nacht lang lijden. Zijn leugens zijn te pijnlijk om te horen. Corry heeft alles al bekend. Hoelang heeft zij Koos niet moeten aanhoren hoe hij Schuimpi haat? Hoe vaak zij ook vertelt dat zij van haar Koos houdt en dat ze slechts één keer seks hebben gehad ....in een hotel op de Pleinweg. Koos heeft afgesproken met Schuimpi. Schuimpi bestelt Koos een dag vooraf: 15.00 uur, achter Centraal Station. Schuimpi vraagt naar Koos. Doen ze al jaren ...altijd. Corry's mobiel gaat af. Het is Koos. Corry ziet Koos praten:) Met Koos. Corry, ik zit op het politiebureau. Ze denken dat ik iemand heb vermoord. Hij ligt dood in de achterbak. Zo'n travestiet. Waar jij zo'n hekel aan hebt. Godverdomme, hij is toegetakeld. Dat wil je niet weten. Ze wachten op het sporen onderzoek. Geen idee wat dat inhoudt, maar zolang moet ik hier in elk geval blijven. Corry, jij denkt toch zeker niet dat ik zo'n engeneel vermoord en een afgebroken bierfles in zijn aars prop. Ik word verdomme wakker gemaakt door de politie. Met een lijk in de kofferbak. Hoe weten ze dat nou? - wat?

Tijdschriftenbank Zeeland

Ballustrada | 2005 | | pagina 47