Charleston en de Verloren Zaak Jan J.B. Kuipers 'Gisteren hadden we een tornado,' zegt de gids van het Nathaniel Russell House aan Meeting Street. Ze is een oudere frêle vrouw met een licht Zuidelijk accent, blauwe aderen die door de witte huid van haar voorhoofd schemeren en een slechte, roodbevlekte huid op armen en handen. Het Oude Zuiden. Boven een smetteloos wit kantkraagje zweemt een vermoeide, ietwat arrogante glimlach die perfect past bij de sfeer van dit deel van Meeting Street, in een stadsdeel waar zich de grote huizen van de slavenhoudende aristocratie van de achttiende en vroege negentien de eeuw aaneenrijen. Tornado? Toen we vanochtend in Charleston op de kade stapten viel een vochtige deken van roerloosheid op ons. Geen zuchtje wind, semi-tropische hitte, gekrijs van exotische vogels, zware bloesem geuren. In het kleine, haast verscholen Washington Park op de hoek van Broad en Meeting Street steekt het Oude Zuiden heel wat explicieter zijn kop op. Er is een hoog oprijzende obelisk, gewijd aan de gesneuvelden van de Washington Light Infantry, een monument te ere van generaal Beauregard én de buste van de betreurde 'Poet Laureate of the Confederacy', Henry Timrod (1829-1867), de wel sprekendste literaire propagandist van de Zuidelijke zaak vóór, ge durende en na de Amerikaanse Burgeroorlog. Zijn 'Carolina' werd in 1911 tot het officiële lied van de staat South Carolina verheven. Altijd ziek en na de vrede eensgezind met zijn vaderland in ellende gedompeld, stierf de hoogromantische Timrod twee jaar na het eind van de oorlog. Maar niet voordat hij zijn meest befaamde gedicht had afgeleverd: de 'Ode at Magnolia Cemetery' (voluit 'Ode Sung on the Occasion of Decorating the Graves of the Confederate Dead at Magnolia Cemetery, Charleston, S. C., 1867'), gewijd aan de gesneu velde Geconfedereerden, engelachtige 'martyrs of a fallen cause'. Charleston, South Carolina. Timrods stad en Timrods staat, die zich in 1860 als eerste van de Unie afscheidde en waar in 1861, bij Fort Sumter, de eerste schoten van de Burgeroorlog vielen. 'Die Timrod heeft een beetje hetzelfde haar als jij,' zegt mijn met gezellin. 48

Tijdschriftenbank Zeeland

Ballustrada | 2003 | | pagina 48