Lou Vleugelhof
De dichter van Beatrijs hedendaags
'Van dichten comt mi cleine bate'
Over hete nachten had ik willen schrijven,
hoe ze alleen lag in haar kloostercel,
niet slapen kon, zich telkens moest inlijven
in nonnenkleren, doodvermoeid in de kapel
de kaarsen aanstak en een achterblijver
moest aansporen met nog harder bel.
Terwijl ze dacht: ik zal er nog in blijven,
in die begeerten brandend als de hel
Verloren kans. Ik schreef wat over duiven
en rozenhagen, een kloostertuin, een jongeman
van edelen bloed, die haar te paard meenam
terwijl zij diep verzonken in gebed
werd opgeheven, door een hand gered,
of Jezus zelf haar koelte toe kwam wuiven
76