van Iachartis (Zuid-Hollandse Uitgeversmaatschappij, 1971) en de
novelle Het laatstgeboorterecht (Servire, 1978), beide van Frank Visser,
en de SF-verhalenbundel Het menselijk monster van Julien Raasveld
(Brabantia Nostra, 1977).
In Vlaanderen was het vooral uitgeverij D.A.P. Reinaert die zich
positief onderscheidde, o.a. door een jaarlijkse SF-Reinaertprijs, waar
bij het winnende manuscript in de SF-reeks werd uitgegeven. Deze
uitgever bouwde aan een interessant SF-fonds met De bestemming van
een danser van Mark Wynants (1977), De kneders van Gaston van
Kamp (1978), Het verboden boek van Krista O van Julien van Remoor-
tere (1978) en De binaire joker van John Vermeulen (1979), die al een
geroutineerd SF-auteur was met vooral op de jeugd gerichte boeken
(bijvoorbeeld Onheil op Venus, 1965). Ook Walter Soethoudt bracht
geregeld SF, zoals Maité van Erik van Malder (1976) en Blinde planeet
van John Vermeulen (1977). Bij diverse kleine uitgeverijen publi
ceerde de toen nog jeugdige Bob van Laerhoven SF-titels als Grijze
alliantie (1975), Dit gore geheugen van me (1976) en Inner smog (1978).
Ook in de literaire reeksen was ruimte was voor SF. Soms werd de
aanduiding 'science fiction' zelfs expliciet op de omslag vermeld (De
Ring van Gust van Brussel, De Clauwaert 1969; De zingende Beelden
van J.G. Ballard, Bezige Bij 1973), soms op de titelpagina (Metamor
fose van Reinder Blijstra, De Arbeiderspers 1968). In de meeste geval
len beperkte de aanduiding zich tot opmerkingen in de flaptekst en
mengden de literaire auteurs hun werk met andere 'fantastische' in
vloeden. Zo spreekt de flaptekst van Reizigers in de anti-tijd van Hugo
Raes (1970), het vervolg op De lotgevallen (1968) over "science-fiction,
sprookjeselementen en symbolisch aangewende maatschappijkri
tiek". Ook in eerdere verhalenbundels had Raes zich al volop aan SF
gewaagd: Links van de helikopterlijn (1957), Een tijdelijk monument
(1962), Hemel en dier (1964), Bankroet van een charmeur (1967). De
meest uitgesproken SF-roman schreef Raes met De verwoesting van
Hyperion (1978). Reinder Blijstra publiceerde de psychologische SF Ik
ben het zelf niet (1961), Jos Vandeloo Het gevaar (1960) en Het huis der
onbekenden (1963). Bezwarende getuigenis van Barend Roest Crollius
(1963) is SF te noemen, evenals Het reservaat van Ward Ruyslinck
(1964) en Bericht uit het hiernamaals van Simon Vestdijk (1964). Van
Manuel van Loggem verschenen SF-getinte verhalen in De oertijd
voor het venster (1966), Het liefdeleven der Priargen (1968) en Het tijd
perk der zerken (1969). Sybren Polet schreef de postmodernistische SF
59