dat de vroegtijdige dood van een romantisch dichter niet slecht zou zijn voor diens roem en verkoopcijfers. Maar dat gunde Rawie zijn uitgever niet. Hij zwoer de sterke drank af en knapte op. De toon in zijn gedichten werd serieuzer dan ooit. De dichter stopte met het gebruik van ironie, het werk werd ernstiger. Zijn volgende bundels Woelig Stof en Onmogelijk Geluk werden bestsellers. De dichter beschouwt zichzelf niet als een alcoholist maar als 'een alcoholicus'. Dat is een alcoholist die een klassieke opleiding heeft genoten. Het is een grapje dat hij zich met graagte permitteert. We zitten op het terras. Hij zet een modieuze zonnebril op en vertelt over Rome waar hij recentelijk langdurig verbleef. "Italië is een geil land," zegt hij. Zijn vriendin knikt. "Alles daar draait om de liefde en het verlangen. En ze weten er dich ters beter te waarderen dan in Nederland. Als je daar vertelt dat je dichter bent behandelen ze je met alle egards. En ze noemen je dot- tore. Aha, u bent dichter, wat wilt u van me drinken, zeggen ze dan. Maar in Nederland is het anders. Daar zeggen ze: Ja, u schrijft mooie gedichten, maar wat dóét u nu eigenlijk?" Dat brengt ons op de waardering van de nobele dichtkunst in de Lage Landen. Of het gebrek aan waardering, eigenlijk. De invoering van de Landelijke Gedichtendag en de benoeming van een Dichter des Vaderlands zijn volgens Rawie schoolvoorbeelden van een natie die geen echt hart voor de poëzie heeft. "Het is aperte onzin, die Landelijke Gedichtendag. Ze doen het om dat ze voelen dat ze tekortschieten. We hebben al een molendag en een monumentendag en een weet-ik-het-wat-voor-dag en nu dus ook een gedichtendag. En daarmee is alles dan opgelost. Alsof daar door de ware liefde voor de poëzie wordt aangewakkerd. Onzin, zeg ik. Het is een aflaat van een natie die in principe zijn eigen klas sieken niet eens fatsoenlijk verzorgt. Probeer hier maar eens een Huygens-editie te bemachtigen, ik denk niet dat er in de boekhandel of in een antiquariaat een complete Revius te bestellen is. En ga dan eens in Frankrijk kijken of in Spanje. Daar kun je alle eerste- en twee derangs barokdichters in pocketvorm kopen. En dat is natuurlijk heel goed voor de poëtische vorming van de schooljeugd. Dat zou in Nederland ook moeten kunnen. De poëzie bij het onderwijs van zo jong mogelijke kinderen betrekken, dat is veel beter dan zo'n ge dichtendag eenmaal in het jaar. De Dichter des Vaderlands, zeg je? 51

Tijdschriftenbank Zeeland

Ballustrada | 2002 | | pagina 51