Thema Roosje De wind stak hevig op uit zee; De golven beukten 't strand. En schielijk was de droeve maar Verspreid, door 'tgansche land." Dit geheel in de (vroeg)romantische traditie te plaatsen gedicht ken de een grote populariteit en was zelfs tot ver in de negentiende eeuw terug te vinden in poëziealbums. Bijzonder is ook dat Roosje tot een hele reeks van muzikale interpre taties heeft geleid. "Dat begon al vóór 1794, toen 'Roosje' jaarlijks op het Concert te Vlissingen als zangstuk ten gehore werd gebracht." Roosje en haar nazaten, p. 22). Latere negentiende-eeuwse bewerkingen von den een hoogtepunt in Rosette, Légende Hollandaise (d'après Bellamy), Suite dramatique pour piano a quatre mains, omstreeks 1900 uitge geven bij muziekuitgeverij Ricordi te Parijs en Milaan. Dit stuk uit 1888 van P. Solanges (tekst) en J. Burgmein (muziek) ver scheen recentelijk als dubbelnummer (100/101) in de bekende Slib reeks. Niet als klein boekje, zoals we dat van deze serie gewend zijn, maar op groot (A4) formaat en in een gebonden uitgave. Het boek opent met het oorspronkelijke gedicht. Daarna volgt een bijdrage van de emeritus hoogleraar Nederlandse literatuur P.J. Buijnsters over Bellamy en Roosje. Vervolgens is een vertaling van het muziek drama uit 1888 opgenomen, waarbij de originele pianomuziek in facsimile is afgedrukt - mede daarom de grootte van deze uitgave: je kunt het boek als muziekboek op de piano zetten -. Daarna een uitleg van Slibhoofdredacteur Aarnout de Bruyne over dit muziek drama, waarvan exemplaren berusten in de Zeeuwse Bibliotheek te Middelburg en het Vlissingse Gemeentearchief. Het geheel wordt besloten door Roosje of waarom ik geen vis eet, een hedendaags 'kroeg lied' van de hand van Ed Leeflang (tekst) en Robert Valter (muziek). Dit jubileumnummer van de Slibreeks is dus een bijzondere uitgave geworden, waarin literatuur, muziek en Zeeland samenkomen. Het boek werd in september van dit jaar dan ook toepasselijk gepre senteerd in de geboorteplaats van Bellamy, Vlissingen. Naar ik heb begrepen wordt de Slibreeks voortgezet, maar keert het kleine formaat niet terug. Ik vind dat jammer omdat daarmee na 24 jaar een traditie afgebroken wordt. Het eerste deeltje van de Slibreeks (het verhaal De verpletterende werkelijkheid van J.M.A. Biesheuvel) ver scheen in 1978. En de kleine - bijna bibliofiele - boekjes veroverden 48

Tijdschriftenbank Zeeland

Ballustrada | 2002 | | pagina 48