De weken daarna werkt de Nacht door. Ik lees eindelijk Gruwelijke verhalen van Roel Richelieu van Londersele, haal bundels uit de boe kenkast die ik al jaren niet meer in handen had. Ik schaaf aan mijn eigen gedichten en krijg weer contact met een oud, geheel uit de hand gelopen gedicht. De zaterdag na de Nacht, een mooie zonnige dag, fiets ik naar de stad om een boek van Koen Vergeer te kopen. Bij De Slegte vind ik zijn autobiografische roman Sagrada familia. Het boek over de Nacht van de Poëzie, Poëzie in Vredenburg, leen ik bij de bibliotheek. Wanneer ik thuis kom, meldt Amy opgewonden dat ze eindelijk het juiste gehakt heeft gevonden: voorverpakt gegrild gehakt van Jozef Delletbacher. Ze biedt dwingend aan een boterham voor me klaar te maken, zodat ik zelf kan proeven hoe lekker het is. Wanneer ik die boterham even later nuttig, moet ik bekennen dat je van poëziecritici veel kunt leren. 22

Tijdschriftenbank Zeeland

Ballustrada | 2002 | | pagina 22