het water springen. 16.00 Aanzienlijke school dolfijnen pal achter
het schip, aan stuurboord; ze spoeden zich geestdriftig springend
van ons weg in noordwestelijke richting.
17.00 Het zuiden is hier: temperatuur al 24 graden. Ook de her
innering aan ijsbergen smelt nu weg. 'Dolphins! Dolphins!' riep van
middag de Amerikaanse die er enkele dagen geleden dankzij een
Rode Jurk twintig jaar jonger uitzag, een staaltje van schier walku-
rische, maar uiterst bederfelijk gebleken magie. Dolphins, jaja, dat
geloven we wel. Om 20.00 uur kondigt een officier vanaf de brug
de Green Flash aan tijdens de zonsondergang. Ah, de mysterieuze
Groene Straal die iedereen en niemand heeft gezien. Ook vandaag
gaat het feest niet door. Na tien minuten verontschuldigt de man
zich: de Straal blijft achterwege. Wat is dat toch voor gekke folklore?1
In elk geval is er een schitterende zonsondergang met rood, violet
en de overige benodigde tinten. De Groene Straal blijkt later een
grasgroene reep boven de kim, op het TV-kanaal dat beelden biedt
van een camera op de brug. Buiten, gewoon door je ogen, blijken in
derdaad alle kleuren kort na het verdwijnen van de zon aanwezig,
behalve het groen. De illusie vergezelt elke realiteit, met name wan
neer 'objectieve' instrumenten als camera's in het geding zijn. Die
geestenfoto's van de vroege twintigste eeuw - hoeveel ontslapen
geliefden en gesneuvelden uit de Grote Oorlog verdrongen zich er
niet op? Ze waren voor eeuwig weg maar ook eeuwig onmisbaar, dat
begrepen die fijngevoelige camera's donders goed.
Maandag 10.09.2001 In New York arriveren via de Hudson en op
een fraai passagiersschip is natuurlijk de juiste en enig geldige wijze,
voor wie nooit het jongensstadium van ocean liners, de vage glans van
de kleppen van officierspetten op bros geworden papier en scheeps
hoorns in de oude spelling is ontstegen. Vroeger, ja vroeger was
alles... - maar ook nu. Alle herkenningspunten en landmarks zijn
aanwezig: het vrijheidsbeeld met zijn dode toorts, het byzantijns
aandoende complex van Ellis Island. Toppen van wolkenkrabbers
op Manhattan gaan verloren in de ochtendnevel. De buitensporige
dubbele nieuwkomer, het World Trade Center, eindigt hoger dan
wat elders bestaat, en tekent zich uiterst traag af tegen een allengs
violet kleurende ochtendlucht. Heieen weet al die gebouwen te be
noemen, het Chrysler Building, het Empire State Building en hoe ze
verder allemaal heten. Bij duister voeren we de Hudson op; in een
24