De derde vader Michel Reinders Behalve de vrouw die Amersfoort een wereldstad vond, heb ik nooit een wonderlijker mens gekend dan Maria. Op een dag kwam mijn broer met haar langs. Ze wilden mijn zoontje trakteren op pannen koeken. "Dit is nou Maria," zei Marcel, "Ze is de trots van Haarlem, niet alleen vanwege haar schoonheid, maar ook omdat ze de drijvende kracht is achter 'Vrij Haarlem'. Je kent die partij toch wel? Weg met de arrogante aristocraten en lang leve de onderdrukten der aarde, zal ik maar zeggen." "Hallo," zei Maria en gaf me een hand. "Maria en ik gaan een bomaanslag plegen, zodat onze politieke be weging eindelijk serieus genomen worden." Klaarblijkelijk keek ik nogal beduusd. "Grapje," riep mijn broer en hij vervolgde tegen Maria: "Dat is nou het probleem met Peter. Hij heeft geen gevoel voor humor. Sinds hij bij het Ministerie van Justitie werkt is dat alleen maar erger ge worden." Er was een andere reden dat ik niet kon lachen om de grap. Ik wist dat 'Vrij Haarlem' een politieke beweging was die zich begaf op de rand van het toelaatbare en zich inliet met louche figuren. "Het valt allemaal erg mee," zei Marcel toen ik er ooit over begon, "Laat me je het uitleggen." "Ik wil het niet weten," antwoordde ik. "Je bent net een struisvogel," merkte Marcel op, "Je steekt de kop in het zand." "Daarover zou ik niet zo denigrerend doen. Dankzij deze strategie gaat de struisvogel al erg lang mee in de evolutie." Mijn broer had een ingewikkelde verhouding met Maria omdat zij nog een andere minnaar had: ene Jonas, die dacht dat hij een profeet was. "Ooit zal ze met mij trouwen," zei Marcel, "en dan schenk ik haar zeven zonen." "Begin maar met één," antwoordde ik. "We komen je zoon lenen," sprak Marcel, "We gaan pannenkoeken eten. Dat is leuk voor hem." Maria ging stil op de bank zitten en liet het gesprek over aan mijn 30

Tijdschriftenbank Zeeland

Ballustrada | 2001 | | pagina 30