verlegde het gesprek zich naar meer prozaïsche onderwerpen, zo als de aard en herkomst der dingen. Hij wilde weten vanwaar ik en de andere leden van het reisgezelschap herkomstig waren. "Aaaahhhh..." ontsnapte het kies aan de keel van de arts nadat ik geantwoord had, maar waarbij het duidelijk was dat hij nog nooit van Holland had gehoord. Op dat moment scharnierde het rolluik van het buffet als het deksel van een doodkist knerpend omhoog en werd in het vale getemperde licht de verontrustende gestalte van de buffetjuffrouw zichtbaar: geelbleek en met verpiekte haren, alsof ze inderdaad zojuist uit de dood was opgestaan, waarna de arts tot overmaat van ramp triom fantelijk riep: "She's back. Look, she's back..." En daar was niets tegen in te brengen. De vallei der 'Three Gorges', volgens sommigen het mooiste gebied op aarde, komt voor het grootste gedeelte onder water te staan. Bijna drie miljoen mensen moeten elders gehuisvest worden omdat de steden, dorpen en landerijen waar zij wonen onder water worden gezet. Talloze cultuur schatten zullen in de diepten van het kunstmatige stuwmeer verdwijnen. Onwezenlijk was de sfeer op het voordek waar ik mezelf nog wat beverig, maar wel met een paar flessen Chinees bier (0,75 lt. 3%) alleen terugvond. De zoeklichten van het door de stroom voortge- sleurde schip tastten de hellingen die de oever vormden voorzichtig af, zich plots vasthechtend aan blijkbaar solide punten, zodat het schip leek op een gigantische octopus, die zich vastzoog en voorttrok over de borrelende en schuimende rivier aan de lange vangarmen van zijn lichten, aldoor klaaglijk toeeeiiii roepend. Er verscheen een Japanner met sony-camera aan dek. Hij flitste me en pas nadat ik mijn videocamera in stelling had gebracht en dreigend de loop daar van in zijn richting zwaaide vertrok hij. Een van de lichten bescheen en zoog zich vast aan een bord in de hoogte waarop 135 te lezen viel, een ander aan een nog hoger bord op de andere oever waarop even nietszeggend en daardoor onheil spellend '175' was vermeld. Op het achterdek, in de lauwwarme luwte van het schip, hadden enkele nog niet slaaplustige reisgenoten een pagodeachtig optrekje in bezit genomen. Biertje? vroeg een hunner vriendelijk. De bufjuf bleek nog aanwezig en bier in voldoende mate voorhanden. De tijd vergleed op de stroom van inspirerend gekeuvel, de kolkende 23

Tijdschriftenbank Zeeland

Ballustrada | 2000 | | pagina 23