Antwerpen naar de zee. Arco Kaasenbrood keek langs het leizwarte vrijboord naar boven. Aan boord van het zeekasteel zag hij een Maleise kop met een felgele veiligheidshelm langsschuiven. Hij pro beerde er passende gedachten bij uit, herinnerde zich vaag een ver der onbekende, met zwart haar begroeide onderarm waarop een schip was getatoeëerd dat zinkende was. Nog dagen later spoelden aan beide oevers van de zeearm doorweekte papieren aan, waarop rijen uitgevloeide getallen naar fytografische vlekken voerden. Om trent Rilland en Hontenisse was dat. Slechts het handboekje Kalm door Kruiden haalde het wegens een verrassend drijfvermogen op antroposofische grondslag helemaal tot de Biezelingsche Ham, on geschonden. 16

Tijdschriftenbank Zeeland

Ballustrada | 2000 | | pagina 16