Vogelaar
Jan van Seters
Hij houdt zich op de vlakte. Hoge luchten
vatten post boven een strak, gestempeld land
en bergen vogels. Hij kijkt en wijst, zijn hand
geeft namen en gestalten aan geruchten.
Daarbovenuit en ver voorbij de dijken
stuurt hij wat hoekig is, maar niet mag lijken,
aan waar dan ook verstaanders, onvoldongen
jongens zoals hij: aardig en altijd jongens.
Soms blijft er onder al die hoge lucht iets hangen,
net waar nog staat: Hier staat niet Waterstaat.
(Een onbegrepen boodschap die naar binnen groeit.)
Het is het ongestuurde dat niet over gaat;
het onverkaveld, altijd half-voorbij verlangen
dat in polders achterblijft voor wie het vindt. Het bloeit.
mei 1999