De slak
André van der Veeke
De avond speelt na een regenbui
onsterfelijke bladmuziek
Tuinen gaan zich te buiten
aan drank, aan drank en rook
Natuurlijk werken er mannen,
duisternis slokt hen straks wel op
Op goed geluk glibberen slakken
hun vochtige huizen uit
Vanmorgen nog zoog een huisjesslak
zich blazend vast aan mijn raam
Zijn weke traagheid onheilspellender
dan een dozijn karateslagen