tjes. Mijn vrouw snuift behoedzaam alles op en maakt plannen vol gend jaar met mij te gaan dansen op de Dinsdag; beentjes van de vloer Eeuwige Jeugd. Ik geef haar een sensueel zoentje. De dweil band 'Tandsjen Bei' komt binnen en geeft een moppie muziek ten beste. Mijn ogen branden. Voel mij thuis in Westdorpe. Ik begeleid de meisjes door hagen wielerfans, kermisvierders en oranjesupporters naar huis. We worden begroet. Laury groet kinde ren opgewekt bij naam terug en Tessa probeert haar mondhoeken zuurstokvrij te likken en ik, ik nader het moment mij volledig over te geven aan Afgoderij. Thuisgekomen trek ik mijn Marco-van-Bastenshirt aan, steek een extra vijftig gulden op zak en fiets terug naar café Tn 't oude Raedt- huys'. 't Is acht uur. De meiskes zijn veilig thuis, geborgen bij mijn lieve vrouw die mij te kennen gaf vooral te genieten van deze bij zondere avond. Aan de poort van het onvoorspelbaar avontuur is mijn geweten rein. Ik drink gulzig, spreek onsamenhangend flarden dialect en zoek rust bij dorpsgenoten die ik nog niet ken. Maakt niet uit 't is Kermis. "Hij woont in het oude huis van Madeleintje," hoor ik rond het biljart zingen '"n Rotterdammer, een braaf ventje Proost!" Een lid van de dweilband komt binnen met de grote trom van Edi de schrijnwerker, kunstschilder en welkome gast op bruiloft en partijen, 't Is Bryan de koperblazer. Hij troont de trom mee op een kofferrekje met wieltjes, met aan zijn zijde zijn Belse deerne. Ver liefd en hoopvol gestemd op winst voor onze jongens laat hij de trommelstokken met zijn vingers spelen. Klaar voor de strijd. Ik besluit in zijn kielzog te blijven en de ritmische dreunen mijn stot terende hartslag te laten begeleiden. Zo trekken we naar 'De Tukker'. Supporters sluiten zich aan. Holland! Holland! Ik besta niet meer. 't Is Oranje dat ik ben. Hollander in Zeeuws-Vlaanderen. Ik zweet en vergeet door het zingen bier te zwelgen. André Hazes kwart voor negen. De resterende vijftien minuten weet ik mij geen raad. Hier is geen uitzicht op Zijpe hier hangt een deken van rook, passie en een iel wolkje van niettegenstaande penetrante angstgeur. Ook dat. Aan weerskanten van de kroeg staat een beeldbuis te trillen. Supporters schikken hun stoelen, vullen de glazen nog eenmaal en luisteren naar J.C., voetbalprofeet hoogleraar Tactiek, goeroe Johan Cruyff. Robbie loopt heen en weer, van beeldscherm naar beeldscherm, met een wijnglas in zijn hand dat niet het mijne was, 24

Tijdschriftenbank Zeeland

Ballustrada | 1999 | | pagina 24