van het onderschrift 'Stuk Strand' te voorzien. Dat moet herinneren aan oudtijdse exclamaties. De lezers snappen er geen barst van en ook de chroniqueur littéraire, monsieur Varenne, niet. (1964) Stuk Strand-Revisited. Markt Eindhoven. Morgen ga ik Hans Verhagen feliciteren met veel dingen, de Amsterdamse Poëzieprijs, Rozen Motoren en De Nieuwe Stijl. Het was een veelbewogen ochtend met bitter bier in de Poort van Kleef. Op het terras bestaat een eersterangs uitzicht op het hoerencafé De Lichtstad waar ik vorige week samen met Victor van Bouwdijk Bastiaanse afmeerde. Vic heeft zijn nieuwe Thunderbird in camouflagekleuren gespoten, zodat hij - denkt hij 's avonds laat - minder opvalt in het straat beeld. Tegenover De Lichtstad lokt de etalage van de doodkisten winkel (alsmede voordelige graftakken). Een gevoelig eindje door lopen brengt de deur van De Peerdestal in zicht. Daarachter bevindt zich de uniformgekke jongeheer Trieste Mien, wiens leest zeer tot mijn verbeelding spreekt. Hij sombert meestal boven een glas en houdt een donkere lok keurig voor één oog gedrapeerd. Dat had ik althans gedacht. Nadere verkenning heeft geleerd dat achter de lok geen bruine kijker lonkt. Er is niets, de oogkas vlak, gesloten, uitzichtloos. Waarmee een zekere triestheid is verklaard. Hoeren, lichtstad, graftak, zwijmelnichten, de zangen van dood verderf, purperen dagen. Voor de Poort van Kleef was een soort boekenmarkt. Daar ving ik - op aangeven van Joep Oversteegen - een glimp op van Lou Vleugelhof die Lou de Jonge heet, van 's-Heerenhoek of Ovezande komt en een gelauwerd schrijver is. Ik las al eens uit Beveland stammende gedichten in een Stols-boekje Oorsprong en Hans Warren leende mij de met reisbeurzen bekroonde romans Mila en Met lood in de schoenen. Hij is naar Eindhoven verwaaid en hoort tot de kring van Roeping (die gekke Luc van Hoek) en de naaste omgeving van Frans Babylon en Harriet Laurey. Sprak kort met Peter Schuddeboom, een jongen Overeem. Frans Babylon, die eigenlijk Obers (let op het meervoud) heet, werd zéér zat en zijn nog bezopener belaagster ging het hele café af om sigaretten en drank te ratsen. Aldert Walrecht is 2 meter lang en de zoon van Barend Zwerfmans, zoveel is zeker. Oversteegen wordt druk aan '40-'45 herinnerd. Hij leidt een poëziegenootschap en een uitgeverij die gedichten in cahiers stopt. Ik zag Geertrui Charpentier die 41

Tijdschriftenbank Zeeland

Ballustrada | 1998 | | pagina 45