Bij de dood van de koning
Jan Kuipers
(Moessorgski, 'Boris Codoenov')
Onder de hemel veel kwaad gedaan,
maar hij rechtvaardigt zich
met de weeklacht van zijn sterven:
niet het woord maar de klank,
de stem en niet de taal
draagt de boodschap uit de groeven
onverstaanbaar trefzeker:
zo breekt de doofheid
voor de stomme grief
van bomen en sterren
35
