en tilde die naar haar gezicht voor nader onderzoek, waarbij ze er zelfs
aan snuffelde.
"Wat IS het, verdomme," kermde ze.
"Zonnebrand, misschien," opperde de man.
"Wees toch niet zo'n zak, Eduard."
"Nee Sof ie."
Een klein, ogenschijnlijk kansarm jongetje bleef staan om te kijken,
likkend aan een ijshoorn, en alarmeerde de omgeving.
"Hee, kom eens gauw kijken. D'r zit hier een hele rare dikke clown."
Er verzamelde zich meteen een groep nieuwsgierigen die lacherig
commentaar begonnen te geven op de vreemde aanblik van de vrouw
met de rood en groene borsten.
Een oudere heer veronderstelde dat ze een inboorlinge van Boela-
bonga was, waar de vrouwen bekend stonden om hun gewaagde
tatoeages. Anderen dachten meer aan een gevreesde huidziekte die de
mensheid kon uitroeien als de vrouw niet meteen geïsoleerd werd, bij
voorkeur door haar onder te dompelen in een tobbe sneldrogend
cement, maar de meerderheid volgde toch de mening van de jongen
dat zij een begaafd comédienne was en deze mening won sterk aan
kracht toen ze woedend overeind sprong, struikelde en languit op
haar echtgenoot viel. Diens stoel was niet op zo'n last berekend en
begaf het met een droge knap, waardoor man en vrouw spartelend in
het zand terechtkwamen, tot de mateloze vreugde van de toeschou
wers, die in dankbaar applaus uitbarstten.
Het paar ontliep verdere vernedering door een plotse opwinding over
het gehele strand. Kreten van onsteltenis weerklonken overal, samen
smeltend tot een luid rumoer dat de menigte doortrok als een wind
vlaag ijlend door een herfstwoud, al snel overstemd door hysterisch
gegil. Overal zag men vrouwen naar de zee hollen, waar ze in het
water rondploeterden in vergeefse pogingen om de felle kleuren van
hun boezem te boenen, terwijl grijnzende mannen graag een helpen
de hand toestaken. Hartstocht laaide op. Vele vrouwen geloofden dat
ze het slachtoffer waren van een poetsenbakker, en een oude visser,
een onschuldige ziel die zijn boot had zitten verven, werd tot drie
maal toe het strand overgejaagd door een bende bloedbeluste
vrouwen tot hij toevlucht vond in een vlaggemast.
Martenglass dronk diep uit zijn beker der wrake. Wie had kunnen
denken dat een eenvoudig pigment geactiveerd door rechtstreeks
contact met melkproducerende cellen zo'n wonderschone uitwerking
kon hebben. Hij zag ware meesterwerken: borsten veranderd in fel-
20