hadden ze al van alle kanten bekeken en helemaal uitgemolken. Kn zo'n lichaam, ach, daar raakte je toch ook aan gewend. Ze fietsten allebei erg graag en dat hield ze dan ook het langst bij elkaar. Op een avond in augustus vroeg ze aan hem of hij met haar wilde trouwen, want ze wilde niet meer te lang wachten met het krijgen van kin deren. Dat was voor hem de druppel die de emmer deed overlopen en hij gaf haar de bons. Ze reageerde geschokt, maar bleef vriendelijk en nam beleefd afscheid van hem. Hij zuchtte een paar keer flink als hij tegenover zichzelf voor de spiegel stond, voornamelijk als er mensen keken, deed tegenover vrienden en familie of hij er erg van onder de indruk was, zocht moei teloos naar woorden om te kunnen beargumenteren waarom hij er een eind aan had gemaakt en ging over tot de orde van de dag. Hij keek weer uit naar andere vrouwen en vond daar niets vreemds aan. Relaties komen en relaties gaan, was zijn motto en hij floot hele dagen, blij dat hij van al die praat over trouwen en kinderen verlost was. Het was mistig. Het grote plein voor het stadhuis was in een dikke nevel gehuld en het stadhuis zelf was niet te zien. De silhouetten van de ijskraam en de fritestent doemden op uit de mist. Hij had haast. Hij had de hele dag al gerend en de kou deed hem niet zoveel. Voordat het zes uur zou slaan wilde hij nog even langs het reisbureau om een aantal folders op te halen. Hij had het plan opge vat om met de kerst naar de Canarische eilanden te gaan om even weg te zijn van de kou, de mist en de nattigheid. Hij reed in grote vaart over het als fietspad bedoelde stuk trottoir en deed voetgangers de stuipen op het lijf jagen. Hij had er geen medelijden mee. Aan het eind van de markt, waar het stadhuisplein begon, verscheen van rechts ineens een fietser uit de mist. Hij wist donders goed dat die voorrang had, maar trapte nog wat extra op de pedalen om vooral niet te laat bij het reisbureau te komen. Hadden de klokken nu al zes uur geslagen? Tot zijn verbazing hield de fietser niet in en moest hij zelf op het laatste moment keihard op de remmen trappen om een botsing te voorkomen. Hij keek wie de fietser was en zag dat er een revolver op hem was gericht. Achter het wapen ontwaarde hij het gezicht van zijn verhouding van dat jaar, nog net zo mooi als toen ze de eerste keer uit de mist opdook. Ze knikte hem vriendelijk toe, maar met een droevige en vermoeide blik in haar ogen. Ze haalde de trekker 26

Tijdschriftenbank Zeeland

Ballustrada | 1993 | | pagina 26