Inleidende strofe MARIS BAYAR Wanneer in moestuinen allereerste scharlakenrode tomaten ingezameld worden, kiekendieven vanwege vogelverschrikkers verschalkt, zou de diepzinnige man naderend langs het pad van de thee zich opnieuw voordoen profeteerde ze. Mannen worden onstuimig door natuurkrachtige wikwijven. Nadat binnen kostbare momenten katoenen lingerie van lieverlede ontdaan werd, hij geurend naar ossevet, zwavel en terpentijn stuwende aandrang verkreeg in haar, ontdekte hij discreet de plooien en oneffenheden die het leven haar geschonken had. O leeuweriken! Rietzangers! Tijdloze eeuwigheid van een bos, ze sidderde aan zijn jongensachtige borstbreedte daartussen 't bittere barbarakruid en 't donkergroene mos. 11

Tijdschriftenbank Zeeland

Ballustrada | 1992 | | pagina 13