Inleidende strofe
MARIS BAYAR
Wanneer in moestuinen allereerste
scharlakenrode tomaten ingezameld worden,
kiekendieven vanwege vogelverschrikkers
verschalkt,
zou de diepzinnige man
naderend
langs het pad van de thee
zich opnieuw voordoen profeteerde ze.
Mannen worden onstuimig
door natuurkrachtige wikwijven.
Nadat binnen kostbare momenten
katoenen lingerie
van lieverlede ontdaan werd,
hij geurend naar ossevet, zwavel en terpentijn
stuwende aandrang verkreeg in haar,
ontdekte hij discreet
de plooien en oneffenheden
die het leven haar geschonken had.
O leeuweriken!
Rietzangers!
Tijdloze eeuwigheid van een bos,
ze sidderde
aan zijn jongensachtige borstbreedte
daartussen 't bittere barbarakruid
en 't donkergroene mos.
11