Missive voor Marie-Rita Labrosse
Niemand, nee niemand kan u troosten.
Maar er is een Portugees gefluister
van Pessoa.
En er is een fanfare van Klaus Nomi
(that cold song, die koude gezangen)
Er is een wals van Sibelius
en er zijn kerkorgels in duistere
Duitse crypten.
Er is een aria uit een opera van
ridder von Gluck
en er zijn heldere Franse frasen.
Er bestaat een gedicht van Kavafis
dat historisch èn erotisch is.
En er is dat Boek met de in marmer
gebeitelde verzen van Mallarmé.
En altijd, altijd is er die muziek
van de broeders Bachir
uit het land van de groot-vizier en
de Abbasidische kaliefen.
32