Slib of de kunst van het uitgeven
ANDRE VAN DER VEEKE
Middelburg, 1976. Een onbekend document, opgesloten in een
anonieme wijnfles, spoelt aan op een Walchers strand. Na bestude
ring door plaatselijke geleerden blijkt dat het om een literair
geschrift gaat met de substantiële naam SLIB. In de redactie zitten
Wim Hofman, Anton van Kraaij, Johanna Kruit en Teun de Lange.
Literatuur moet voor iedereen bereikbaar worden.
Een jaar eerder is het
Zeeuws Kunstenaars
Centrum (ZKC) opge
richt, een ontmoe
tingsplaats voor jonge
schrijvers en experi
mentele beeldende
kunstenaars. Er is een
schreeuwend gebrek
aan expositieruimte
in de regio. Geduren
de elf jaar zal het ZKC
in deze behoefte
voorzien met een
frequentie van één
tentoonstelling per
drie weken.
Het ontmoetings
centrum start in het
spreekwoordelijke
krot, in dit geval ge
legen aan de Noord
straat. Behalve beel
dende kunst dient de
literatuur gestimu
leerd; aanvankelijk
door lezingen, later
door de uitgave van
een tijdschrift. Ook
Uit: De psychobiologie van het feestvieren,
D. Hillenius/Peter Vos (grafiek),
Slibreeks nr. 34.
40