de groep.
De roep om maatschappelijk georienteerde jeugdliteratuur wordt
in de jaren zeventig heel sterk. Bijna iedere auteur verkent
maatschappelijke problemen, zoals daar zijn: echtscheiding,
immigratie, drugsgebruik, man-vrouw-verhoudingSamenvattend
spreekt men soms over rolpratronen-literatuurEen belang
rijke exponent van deze richting is Henk Barnard.
In 1975 debuteert Guus Kujjer. Ook in zijn werk weerspiegelt
zich feilloos de tijdgeest, zij het op meer impliciete wijze.
De titels van zijn boeken verraden zijn anti-autoritaire op
vattingen: Krassen in het tafelblad, Grote mensen- daar kun
je beter soep van koken.
Ook Kuijer kiest onvoorwaardelijk partij voor het kind. Hij
vindt echter dat het geen verschil mag maken of je voor kinde
ren of voor volwassenen schrijft.
Een minstens even oorspronkelijk schrijver (illustrator) is
Wim Hofman. Hij schrijft zowel fantasie- als realische ver
halen. Zijn boek Wim wordt als een van de hoogtepunten van
de hedendaagse jeugdliteratuur beschouwd.
In de tachtiger jaren is er op het gebied van de jeugdlitera
tuur niet zo gek veel veranderd. Opvallend proza schrijven
Els Pelgrom, Rindert Kromhout en Imme Dros.
Vernieuwing vindt vooral plaats binnen het wereldje van de
jeugdpoëzie
Rondom de rubriek De Blauw Geruite Kiel van Vrij Nederland
verzamelt zich een groep dichters, die nadrukkelijk afziet
van maatschappelijk engagement. Enkele namen zijn: Leendert
Witvliet, Remco Ekkers, Tetze Pijlman, Ted van Lieshout en
Johanna Kruit.
De dichters benaderen het kind in hun poezie op volwassen
wijze. Binnen hun werk is veel plaats ingeruimd voor filo
sofische overpeinzingen, verstilling en verwondering. Soms
komen de gedichten over als een prozanotitie.
Om dit historisch overzichtje af te sluiten: wonderlijk genoeg
liggen de uitgangspunten van Hieronymus van Alphen, waar
alles mee begon, en die van de Blauw Geruite Kiel dichters
met hun 'ervaringsmoralisme' dicht bij elkaar.
We citeren Remco Ekker:
Als mijn vader in bad zit
kan ik eindeloos met hem praten
Machteloos ligt hij in het water
te luisteren naar wat hij gesnater
noemt. Ik heb het over school
over Manne met zijn scheve ogen
die altijd moeilijke woorden gebruikt
Wat betekent nou bepalen?
Mijn vader bromt af en toe
maar dat geeft niet: ik schuif
mijn krukje dichterbij het bad.
Ik laat me niet door hem bepalen. (3)
Voor dit hopeloos onvolledige overzicht heb ik o.a. ge
raadpleegd: Wormcruyt met suycker, van D.L. Daalder,
25