BALLUSTRADA OPTIMA FORMA Dat was lachen de vorige keer. Onder de beschutting van een pseudoniem wilde ik eens flink uithalen. Onder mijn eigen naam heb ik al zo vaak verdachtmakingen gelanceerd. Deze keer zou het ongestraft kunnen gebeuren. Toen ik echter de kant en klare tekst van Ballustrada onder ogen kreeg, trof ik behalve het pseudoniem Minor ook mijn initialen onder de column aan. Ach, we hebben met een jong tijdschrift te doen. Ik trek me er niets van aan. Minor leeft. Mijn eerste bijdrage viel een tikkeltje moralistisch uit. Nu ik het daarover krijg, denkt u dat ik meen dat u nog weet waar het de vorige keer over ging. Ik laat het bij die ene zin. Ook ik moet enige regels wijden aan het thema "reizen". Daar gaan we dan, met zomerse mildheid. De computer van het reisbureau heeft prachtige dingen voor ons bedacht. Uitstapjes vol avontuur: bergsport beoefenen in Nepal, parachutespringen boven Ameland, paardrijden op zee. Zelf ben ik niet zo'n reiziger. Waar ik geweest ben, heeft bijna iedereen aangelegd. Zelfs toen ik er de leef tijd voor hadwas ik te schijterig en te laks om de wijde wereld in te trekken. Daarom zeg ik altijd: reizen moet je in je hoofd. Een vriend van mij trekt op het ogenblik te voet naar Santiago de Compastelo, een middeleeuwse tocht vol ontberingen en geluk. Na de t.v.-uitzending over dit onderwerp van Nooteboom en Keiler schijnen de bedevaart gangers meer literair dan religieus geinspireerd Bovendien schreef hij me vanuit Noyers sur Serein: "Van God merk je niet veel. De meeste kerkjes zijn dicht. Eén pastoor moet met zijn kwast een half district besprenke- 1 -i ff len Als we straks op vakantie gaan naar de Ardèche, neem ik als compensatie een paar echte reisboeken mee. Tot ziens in Valkenburg. MINOR P.S. Voor wie reisliteratuur de strot uitkomt, kan ik Mistroostig en Thuis aanbevelen van Seamus Heaney. (Kwadraat/Utrecht1987. Vertaling: Peter Nijmijer.) - A -

Tijdschriftenbank Zeeland

Ballustrada | 1987 | | pagina 4