xxi.
216 G. DE WITT OVER DE
nigt zig vooreerst met het harde ge
deelte der gehoorzenuw op twee on-
derfcheide plaatfen. Eerstelyk gefchiedt
zulks door middel van het vierde takje
van de ramus auditivus externuswelke
van de ftam zelve afgaat en agter het
hoofd van de onderkaak heen loopt,
alwaar dezelve zig vereenigt met net
harde gedeelte der gehoorzenuw, om
zig agter het uitwendige oor te verfprei-
denten anderen gefchiedt zulks ook
door middel van de ramus lingualis,
welke een klein takje afgeeft, dat zig
met de zo genaamde Chorda tympani
vereenigt, welke van 't harde gedeelte
der gehoorzenuw afkomftig is. Deze
zelfde ramus lingualisna dat zy zig in
de zelfftandigheid van de tong verfpreidt
heeft, vereenigt zig nog met de takjes
van het agtfte en negende paar zenu
wen welke zig in de tong verfpreiden.
Eindelyk de derde tak van 't vyfde paar,
welke door 't kanaal van de onderkaak
looptvereenigt zig by de kin nog met
een takje van het harde gedeelte der ge
hoorzenuw. Zo dat de derde tak van
't vyfde paar zenuwen de gemeenfchap
onderhoudt tusfchen het zevende, agtfte
en negende paar zenuwen.