il :!i JiJi i' b b. ,'J 11 Haarlemse rederijkers voor de Sint Bavo kerk, Historiserende voorstelling van De Rederijkers anno 1500, met op de achtergrond de Grote Kerk en Klokhuis te Haarlem. Litho van A. Wouters naar W.P. Hoevenaar, negentiende eeuw, collectie Noord-Hollands Archief. UITGELICHT De rederijkerskamers stammen uit de vijftiende eeuw. WaarschijnLijk ontstonden ze in Vlaanderen onder Franse invloed, en zijn ze van daaruit in Zeeland terechtgekomen. Via Zeeland kunnen de kamers in HoLLand zijn beland. In Zeeland hadden veel steden en dorpen een rederijkerskamer. ALs er een aantaL geschooLde mensen in een pLaats woonde kon een kamer opgericht worden. Meestal bestond de rederijkerskamer uit een kleine groep personen uit de boven- en middenklasse. Armen werden uitgesloten doordat het lidmaatschap financiële verplichtingen meebracht en daarnaast werd streng op de reputatie en sociaLe vaardigheden van de Leden geLet. De rederijkers presenteerden zich aLs een Literaire eLite en zij zagen het aLs een beLangrijke taak Gods Woord te verspreiden via Liederen en toneeL. Ze hekeLden misstanden op eLk gebied maar vooraL kerkeLijke misbruiken werden onder vuur genomen. Het Lidmaatschap van een rederijkers kamer werkte aLs een netwerk om hoger op de sociaLe Ladder te kLimmen, en men kon zo zeLfs doordringen tot LokaLe of regionaLe bestuursfuncties. Het bestuur van een kamer werd geLeid door een deken. Er waren actieve Leden - aangesproken aLs broeders - en gasten die Liefhebbers werden genoemd. WekeLijks kwamen de rederijkers bij eLkaar in besLoten bijeenkomsten, die in ZeeLand 'de coLve' heetten. SchooLmeesters hadden vaak een Leidende roL, zij konden de Leden Leren schrijven, spreken, converseren en discussiëren. Jonge Leden uit een eenvoudig miLieu konden zich zo de cuLtuur van de eLite eigen maken. De echte rederijkers zagen hun kamer zeker niet aLs een gezeLLigheidsvereni ging: zij droegen cuLtureeL erfgoed over en wiLden Gods woord verspreiden via zang en toneeL. Tijdens de Reformatie speeLden ze een beLangrijke roL, omdat hun toneeLstukken kritiek op de Rooms-KathoLieke Leer bevatten. De oprechte rederijker werd door een kLeine groep CaLvinisten nogaL eens afgezet tegen de feestende en te veeL drinkende rederijker; dat Laatste werd niet aLs gezond gedrag gezien. In Arneklanken beschrijft Gertrude van de Ketterij in het artikel 'De rederijkerscultuur in Arnemuiden' wat de taak was van de rederijkers, wie er lid waren van een rederijkers kamer en wat we weten over het ontstaan van de Arnemuidse rederijkerskamer. nr. 4 2021 ZEEUWS ERFGOED 29

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Erfgoed | 2021 | | pagina 29