Hoge productiviteit
Afbeelding
Op uitnodiging van
Albrecht van Voorne
gaat de nog jonge
Jacob van Maerlant
scheep naar Voorne.
Afbeelding uit het
jeugdverhaal over
Jacob van Maerlant
geschreven door
A. De Bruyn.
Lezer te Laten aankomen wisseLt hij gedegen kennis
af met ontspanning. Hierbij is het voor de Lezer
anno 2020 goed te beseffen dat veel van de
door MaerLant opgevoerde vreemde voLken en
monsterLijke wezens bij het dertiende-eeuwse
wereLdbeeLd hoorden.
Na een verbLijf van circa tien jaar op Voorne, keerde
Jacob van MaerLant terug naar VLaanderen.
WaarschijnLijk zette hij in Damme zijn dichtwerk-
zaamheden in opdracht van zijn opdrachtgevers uit
het noorden voort. Een van zijn Laatste werken en
tevens het beLangrijkste, de Spiegel Historiaei
schreef hij tussen 1284-1288 op verzoek van graaf
FLoris V. Het was een MiddeLnederLandse bewer
king van het in het Latijn geschreven Speculum
Historialeeen dertiende-eeuwse kroniek van de
Franse dominicaan Vincent van Beauvais. MaerLants
Spiegel Historiael werd de eerste wereLdgeschiede
nis geschreven in de voLkstaaL en beschreef de
periode vanaf de schepping tot het jaar 1113. Het
sLot van deze wereLdgeschiedenis, omvattende de
periode 1113-1250, werd zo'n 25 jaar Later geschre
ven door de Brabantse geesteLijke Lodewijk van
VeLthem. UiteindeLijk schreef MaerLant in een tijds
bestek van zo'n dertig jaar een tientaL grote werken,
tezamen meer dan 230.000 verzen en daarnaast
een reeks aan strofische gedichten en een onbe
kend aantaL verLoren gegane werken. Een
ongekende en voor de dertiende eeuw zeLdzaam
hoge productiviteit, aLLeen mogeLijk voor iemand
met de noodzakeLijke toegang tot veeL toonaange
vende boekwerken in Latijnse bibLiotheken én een
sterke gedrevenheid en ambitie.
Marinus van DinteL
Jacob was niet de enige VLaming die voor
enige tijd naar HoLLand en ZeeLand trok.
Deze noordeLijke regio in de Lage Landen
was sterk in ontwikkeLing en had behoefte
aan expertise op het gebied van droogLegging,
bouwkunde en kLerkenwerk. Deze expertise
was in onder andere VLaanderen, Brabant en
Henegouwen ruimschoots voorhanden.
Een trek naar het noorden betekende een trek
naar een uithoek, maar bood daarentegen
eveneens mogeLijkheden, ook voor een dichter
aLs MaerLant; de aanbeveLingen en incidenteLe
ondersteuningen van zijn HoLLandse en
Zeeuwse broodheren gaf hem de geLegenheid
om zijn taLenten verder te ontwikkeLen.
MaerLant zou onder patronage van de heren
van Voorne en hun eLitaire kring, waaronder
de graven van HoLLand, uiteindeLijk naam
maken met een groot aantaL werken.
Doordat MaerLant in het MiddeLnederLands/
Diets schreef, maakte hij aLs eerste voor Leken
taL van wetenschappeLijke kennisgebieden,
zoaLs geografie, etymoLogie, voLkenkunde
en diergedrag, toegankeLijk. Deze kennis was
voorheen sLechts voorbehouden aan de
Latijns geschooLde en Lezende geesteLjkheid.
MaerLant past hiermee in een Europese traditie
van het in de voLkstaaL toegankeLijk maken
van Latijnse werken, wat vanaf medio
dertiende eeuw in zwang kwam in de miLieus
van geLeerde wereLdgeesteLijken en hun
opdrachtgevers in onder andere CastiLië,
Bohemen, Thüringen, Frankrijk en EngeLand.
Verder Lezen
- Bruyn, A. De. Historische verhalen 2: Jacob van Maerlant
Antwerpen, 1957.
- Brusse, P. en Henderikx, P. Geschiedenis van Zeeland deel 1:
prehistorie 1550. Middelburg, 2012.
- Oostrom, F.P. van. Maerlants Wereld. Amsterdam 1996.
nr. 2 2020
ZEEUWS ERFGOED
7